donderdag 30 november 2017

Denken voor anderen



We denken allemaal wel eens voor de ander. ‘Ik neem een biertje mee voor mij man, want dat vindt hij vast lekker’, of ‘laat ik even bij mijn oma op bezoek gaan, want ze mist me vast’. Denken voor anderen is op zich niet ongezond. We proberen ons in het perspectief te verplaatsen van de ander en te bedenken wat hij of zij nodig heeft, om vervolgens te bedenken of we dat ook gaan doen of zeggen of om de ander zijn gedrag te voorspellen. Het is fijn dat mensen dat doen, want daardoor zijn we sociale wezens. Je ziet dat dit bij bijvoorbeeld mensen met een autisme spectrum stoornis verminderd aanwezig is, waardoor zij zich moeilijk staande kunnen houden in de maatschappij. 

Maar wat als je hierin doorslaat? Wat als je voor anderen gaat bedenken wat ze van je vinden? Wat als je denkt dat iedereen negatief over je denkt, dat ze eigenlijk niet je vrienden willen zijn, dat ze alleen maar komen omdat ze je zielig vinden, en meer van dat soort gedachten? Ik heb regelmatig dit soort gedachten, met een mooi woord: negatieve attributies genoemd. Deze gedachten zorgen ervoor dat ik me enerzijds ga terugtrekken uit contacten, ik wil mensen niet tot last zijn en ze willen vast mijn gezeur niet horen. Anderzijds leidt het er ook toe dat ik heel veel voor anderen doe en daarmee zeer geregeld over mijn eigen grenzen ga, om ze maar te vriend te houden. Beide situaties zijn niet heel erg gezond en zorgen ervoor dat ik niet lekker in mijn vel zit.

Maar ja, hoe kom je er vanaf? Het probleem is namelijk dat die gedachten uitzonderlijk wáár lijken als ik ze denk. Het komt niet eens in mij op om te denken dat het misschien wel eens niet waar kan zijn. En als het wel in me opkomt kan ik vaak wel honderd redenen bedenken waarom ik tóch gelijk heb. Eén remedie die ik ertegen heb gevonden is simpelweg bij de ander checken of mijn negatieve gedachten kloppen. Verrassend vaak krijg ik een ontkennend antwoord. Maar ik wil natuurlijk niet elke keer mijn familie en vrienden met dit soort vragen lastigvallen (of denk ik nu voor hun?), ik wil dat positieve gevoel liever uit mezelf halen. 

In therapie werk ik daaraan door middel van cognitieve/schematherapie. Telkens weer proberen de negatieve gedachtes te ontkrachten en nieuwe positieve paadjes in mijn brein maken. Stukje bij beetje lukt dat ook wel, maar het kost een hoop tijd en inspanning. Het negatieve paadje is diep uitgesleten en het nieuwe, positieve paadje heeft de neiging snel te overgroeien. Gewoontes zijn moeilijk om te doorbreken. Denken voor de ander doen we allemaal wel eens… en als we onszelf daar niet te kort mee doen is dat helemaal goed.

2 opmerkingen:

  1. Heb zojuist achter elkaar, een uur lang, al je blogs zitten lezen. Wat een herkenning, ongelofelijk. Verwoord zoals ik het zo vaak in mn hoofd heb, maar er niet uit krijg. Dankjewel! En houdt moed, want jeetje, wat ben je sterk!

    E.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Hai E.

      Fijn dat je herkenning vindt, dat kan soms heel erg helpen! En hou vol, samen staan we sterk!

      Groetjes, Maaike

      Verwijderen